nieuwsoverzicht 11 tot 15 november 2024 (wk 47)
Gsm-gebruik achter het stuur / CO-vergiftiging / Veiligheid en gezondheid op het werk in de gezondheids- en sociale zorg / Recht op deconnectie én connectie / Beter een goede collega dan een verre vriend
I. WIJZIGINGEN IN DE WETGEVING
Deze week zijn er geen nieuwe wetswijzigingen opgenomen in INNIwise.
II. OVERIGE NIEUWSITEMS
A. Gsm-gebruik achter het stuur
Uit een onderzoek van de VSV bij Vlaamse vrachtwagenchauffeurs over afleiding achter het stuur blijkt dat de helft te maken krijgt met wijzigingen aan de planning tijdens het rijden. Vaak krijgen ze deze wijzigingen in de vorm van berichten via de boordcomputer of gsm en wordt er meestal ook een reactie op deze berichten verwacht. 7 op 10 bedrijven geven aan geen regels te hebben rond gsm-gebruik achter het stuur en slechts 1 op 10 bedrijven controleert of regels gevolgd worden.
Nochtans kan je gsm gebruiken tijdens het rijden erg gevaarlijk zijn en is het aan te raden om deze afleiding achter het stuur zo veel mogelijk te beperken.
Enkele tips:
- Zorg dat er een duidelijke bedrijfspolicy is rond gsm-gebruik en communiceer deze met alle medewerkers die al eens achter het stuur zitten.
- Zorg dat je in orde bent met de wetgeving. Zo is het verplicht om de gsm in een houder te plaatsen als je hem gebruikt tijdens het rijden.
- Maak gebruik van Bluetooth zodat je handenvrij kan bellen en navigeren.
- Beperk communicatie tijdens het rijden. Zijn de berichten die je naar je collega’s stuurt wel zo dringend dat ze meteen gezien of beantwoord moeten worden?
Onze redactie is momenteel druk aan het werken aan een praktisch document met tips en tricks voor veilig gsm-gebruik achter het stuur. We houden je dus zeker verder op de hoogte.
Bron: VSV
B. Laat je niet bij de neus nemen!
Nu de verwarming weer aangaat, wordt het risico op CO-vergiftiging ook weer groter. Volgens het Antigifcentrum is koolstofmonoxidevergiftiging zelfs de dodelijkste vorm van vergiftiging die bij hen wordt gemeld. Daarom slaan het Antigifcentrum, Sibelga en de Brusselse brandweer de handen in elkaar voor een sensibiliseringscampagne.
Koolstofmonoxide (of CO) ontstaat bij een onvolledige verbranding van brandstoffen als gevolg van slecht werkende toestellen of een slecht functionerende schoorsteen. De campagne maakt duidelijk dat koolstofmonoxide onzichtbaar en reukloos is waardoor het snel erg mis kan gaan. Voorkomen is dus beter dan genezen, maar hoe doe je dat dan? 5 voorzorgsmaatregelen op een rij:
- zorg voor aanvoer van verse lucht,
- laat toestellen installeren door een professional,
- laat toestellen regelmatig onderhouden,
- laat toestellen niet te lang werken,
- plaats een CO-detector.
Bij een CO-vergiftiging kan je hoofpijn, duizeligheid, misselijkheid, zicht-, reuk- en aandachtstoornissen, pijn op de borst, spierpijn en buikpijn ervaren. Wanneer deze symptomen zich voordoen, verlucht dan meteen de kamer, schakel toestellen uit, evacueer de werknemers, bel het noodnummer 112 en vermeld dat het vermoedelijk om een CO-vergiftiging gaat.
Bronnen:
- Antigifcentrum
- Sibelga
- Beswic
C. Veiligheid en gezondheid op het werk in de gezondheids- en sociale zorg
In het kader van een grootschalig onderzoek naar veiligheid en gezondheid op het werk in de gezondheidszorg en de sociale zorg brengt OSHA een verslag uit met belangrijke inzichten en cijfers over de sector.
Uit het verslag blijkt dat werknemers in de zorgsectoren in Europa in hoge mate te maken hebben met werkgerelateerde gezondheidsrisico’s. 52 % van de werknemers in de gezondheidszorg geeft aan met risico’s op vlak van veiligheid en gezondheid op het werk te maken te krijgen. In de residentiële zorg is dat 47 % en in het maatschappelijk werk gaat het om 37 % van de werknemers.
Het meest gerapporteerd werd blootstelling aan musculoskeletale risico’s door het tillen van zware lasten, werken in lastige houdingen en langdurig staan. Ook blootstelling aan biologische agentia, dagelijks contact met gevaarlijke chemische stoffen en fysieke risico’s zoals uitglijden, vallen en lawaai worden aangehaald als risico’s.
Ook de percentages van blootstelling aan psychosociale risico’s liggen over de hele lijn hoger in deze zorgsectoren dan in andere sectoren. Hier gaat het bijvoorbeeld om werkdruk, geweld of intimidatie van patiënten en cliënten, pestgedrag, slechte communicatie en samenwerking binnen de organisatie, gebrek aan controle over het werk, nachtdiensten, …
Het mag dan ook niet verbazen dat de meest voorkomende problemen musculoskeletale aandoeningen zijn zoals rugpijn of spierpijn in ledematen, gevolgd door mentale klachten zoals burn-out, depressie of angststoornissen. Ook de druk die de vergrijzing op de sectoren legt mag niet onderschat worden.
OSHA geeft in het verslag ook aanwijzingen voor toekomstig beleid mee. Enkele voorbeelden:
- nood aan interventies specifiek gericht op musculoskeletale en psychosociale risico’s,
- meer diversifiëring van het personeel,
- regelmatige risicoanalyses op de werkvloer, ook gericht op psychosociale risico’s.
De samenvatting van het verslag van je hier lezen (enkel in het Engels beschikbaar).
Zowel over psychosociale risico’s als over ergonomie vind je heel wat praktische informatie op onze website.
Bron: OSHA
D. Recht op deconnectie én connectie
Zo’n vier op tien Belgen volgt zijn werk ook op buiten normale werkuren, dat blijkt uit de internationale werknemersbevraging van SD Worx van 18 000 werknemers in 18 landen. Ook in andere landen komt dit vaak voor. Nochtans voerde de arbeidsdeal vorig jaar het recht op deconnectie in. Hierdoor hebben werknemers het recht om onbereikbaar te zijn buiten hun werktijden. Deze wetgeving stelt dat bedrijven duidelijke regels moeten opstellen wanneer werknemers wel of niet mails moeten beantwoorden of oproepen moeten beantwoorden om zo een gezondere work-life balance te bereiken.
Toch blijkt dat heel wat werknemers ook buiten hun werktijden wel eens mails checken, bijvoorbeeld ’s avonds, in het weekend of op vakantie. Volgens SD Worx kunnen we dit verklaren omdat het voor sommige werknemers juist geruststellend werkt als ze buiten werktijden hun werk kunnen opvolgen en in verbinding kunnen blijven met de organisatie. Verbondenheid is net een van de factoren die zorgen voor werkgeluk en is dus erg belangrijk. Een goede balans vinden tussen werk en privé is hier dus heel persoonlijk: waar de ene werknemer belang hecht aan een strakke scheiding van werk en privé, is dat voor een andere werknemer juist omgekeerd. Het is dus aan de organisatie om een duidelijk kader te creëren met ruimte voor deconnectie én connectie waarbij de werknemer zelf kan kiezen waar hij of zij zich comfortabel bij voelt.
Uit de bevraging komt ook naar voren dat flexibiliteit van de werkuren enorm belangrijk zijn. Zeven op tien bedienden vinden flexibele werktijden, waarbij je zelf begin- en eindtijden kiest essentieel. Ongeveer de helft van de Belgische bedienden geeft aan nu al te werken binnen een flexibel systeem. Ook een flexibele dagindeling waarbij de werknemer zelf kiest wanneer taken ingepland worden of pauzes genomen worden staan hoog op het verlanglijstje van Belgische bedienden.
Wil je meer weten over het recht op deconnectie? Recent werd aan onze databank een interessante toelichting hierover toegevoegd.
Bronnen:
- SD Worx
- HRmagazine
E. “Beter een goede collega dan een verre vriend”
Meer dan de helft van de Belgische werknemers gaat vriendschappelijk met collega’s om en bespreekt ook persoonlijke dingen met hen. 71,3 % zegt te kunnen rekenen op collega’s bij werkgerelateerde problemen en meer dan de helft zegt ook bij hen terecht te kunnen wanneer ze het emotioneel moeilijk hebben. Ruim één op zes rekent sommige collega’s zelfs tot hun hechte vrienden. Nog opvallender is dat één op vijf werknemers zegt liever geheimen te delen met collega’s dan met hun partner. Vriendschapsbanden op de werkvloer zijn dus zeker geen unicum. Zo’n zeven op tien werknemers spreekt ook buiten de werktijd af met collega’s voor niet-werkactiviteiten.
Jonge werknemers hebben het duidelijk makkelijker om zich verbonden te voelen met hun collega’s: 63,6 % van -35-jarigen geeft dit aan ten opzichte van 54,2 % van 35- tot 54-jarigen en 57,4 % van 55-plussers. Ook vrouwen vinden het makkelijker om vriendschappen te vormen op het werk dan mannen.
Werknemers die vriendschapsbanden vormen met hun collega’s zijn gemotiveerder, voelen zich meer tevreden en hebben meer werkplezier, toch het blijkt dat niet de vriendschap maar de collegialiteit en verbondenheid ertoe doen. Je verbonden voelen met je collega’s zorgt ervoor dat zaken sneller bespreekbaar zijn en maakt samenwerken makkelijker. Werknemers willen ook het gevoel hebben dat ze kunnen rekenen op hun collega’s, niet alleen bij werkgerelateerde problemen, maar ook bij emotionele problemen. En die collegialiteit zit meestal automatisch goed bij collega’s die vriendschappelijk met elkaar omgaan.
Aan de andere kant geven sommige werknemers aan, hun werk en privé liever gescheiden te houden. Voor hen zijn collega’s enkel dat: mensen met wie ze samenwerken. Bij mannen ligt dat aantal iets hoger (38,4 %) dan bij vrouwen (31,6 %). Zo’n 20 procent vindt zelfs dat er te veel over privé wordt gepraat op de werkvloer. Maar ook bij deze groep kan er plaats zijn voor collegialiteit en verbondenheid, zolang er hulp geboden wordt in moeilijke momenten.
Dit hoeft voor een organisatie niet te betekenen dat ze moeten investeren in dure teambuildings of initiatieven. Volgens de onderzoekers is het belangrijker om samen even te kunnen pauzeren en een babbeltje te kunnen slaan. Die babbel aan de koffiemachine is dus belangrijker dan je misschien wel denkt.
Bronnen:
- tempo team
- vrt nws
Op 16 november was het weer de Internationale Dag van de Verdraagzaamheid. Onze blogpost ter gelegenheid van deze dag kan je hier lezen.